Wat is het?
De Selimiye-moskee en het sociaal-religieuze complex in Edirne wordt beschouwd als het hoogtepunt in de carrière van de beroemdste Ottomaanse architect, Sinan. De moskee werd gebouwd tussen 1569 en 1575, en dankt zijn schoonheid aan de symmetrie van het gebouw en de optimale lichtval binnen. Het heeft een grote koepel omringd door vier 71 meter hoge minaretten. Het aangrenzende gebouwencomplex heeft een sociale functie met religieuze achtergrond en omvat twee madrasa’s, een bazaar, een binnenplaats en een bibliotheek.
Cijfer: 8 (Fijn om weer eens een echt meesterwerk te mogen bezoeken. Als de restauratie klaar is, ga ik zeker nog eens terug en dan valt het cijfer misschien nog wel hoger uit.)
Toegang: De toegang tot de moskee is gratis. In twee van de bijgebouwen zijn musea, waarvoor je wel moet betalen (50 TL/ 2,50 EUR).
Hoeveel tijd: Anderhalf uur (en veel langer als alles weer open is).
Opvallend: Vooraf twijfelde ik nogal of ik Edirne en deze Selimiye-moskee in mijn West-Turkije-route zou opnemen. Dit omdat hij sinds 2021 grondig wordt gerestaureerd (zou het in deze toestand toch de moeite waard zijn om te bezoeken?), én omdat het tijdrovend is om vanuit Istanbul in Edirne te komen.
Maar uiteindelijk besloot ik de knoop door te hakken en West-Turkije als geheel ‘af te ronden’. Ik loste het logistieke probleem op van de vele files in en om Istanbul door een rechtstreekse bus te nemen van het veel oostelijker gelegen vliegveld van Istanbul naar Edirne. Het bedrijf Istanbul Seyahat maakt deze rit elke twee uur en doet er drie uur over.

Vooraf had ik geen betrouwbare informatie kunnen vinden over de staat van de verbouwingen van de moskee. Ik wist alleen dat hij de hele tijd open zou blijven voor bezoekers en gelovigen. Tijdens mijn bezoek in mei 2023 trof ik het gebouw volledig in de steigers aan – met uitzondering van één van de minaretten. Toch maakte de enorme omvang van het gebouw en de delicaat slanke minaretten indruk op me. Het ligt op een heuvel en ook de zichtlijnen zijn beschermd, zodat je er steeds een goede kijk op hebt.

Ik ging op zoek naar een ingang. Vanuit de overdekte markt (ook onderdeel van het werelderfgoed-complex) en een openbaar toilet kun je bij de minaret die vrij is van steigers het gebouw betreden. Ik vermoed dat maar 15% van het interieur momenteel toegankelijk is. Je hebt toegang tot één smalle vleugel – de fijn uit steen gesneden details en de geglazuurde tegels (allemaal uit Iznik) verraden toch al de artistieke rijkdom van het gebouw.

De rest van de moskee gaat op het moment volledig schuil achter kartonnen scheidingswanden, waarop ze grote foto’s hebben aangebracht van de dingen die je niet kunt zien. Bouwvakkers waren druk bezig (zelfs op zondag); het project zal naar verwachting in maart 2025 worden afgerond, maar het zal wel langer gaan duren, zoals operaties van deze omvang gewoonlijk doen.
Nadat ik binnen was geweest, liep ik langzaam een volledige lus rond de buitenmuren. Ik ging ook naar het Turks-islamitische kunstmuseum, dat is gehuisvest in de voormalige Dar’ül Hadis Madrasa die deel uitmaakte van het sociale complex dat bij de moskee hoorde. Tot mijn eigen verbazing lukte het me om, zelfs in deze staat, anderhalf uur bij dit werelderfgoed door te brengen.
