Wat is het?
L’Anse aux Meadows is de enige bekende Viking-nederzetting en de vroegste Europese nederzetting in Noord-Amerika buiten Groenland. Het was een permanent basiskamp voor exploratie naar en exploitatie van de in Groenland wenselijke hulpbronnen. De nederzetting – met ruimte voor 70 tot 90 bewoners – werd in het begin van de 11de eeuw gesticht en ongeveer tien jaar later verlaten. De site bevat de overblijfselen van acht gebouwen, waaronder een ijzersmelthut, in dezelfde stijl als die in het Noorse Groenland en IJsland.
Cijfer: 6,5 (Het is echt een unieke plek in de geschiedenis. Ook fascinerend om te denken hoe dicht je hier bij Europa bent – de Vikingen hopten van Noorwegen via IJsland en Groenland hierheen, eiland voor eiland. Helaas is er maar heel weinig van over gebleven.)
Toegang: Inbegrepen in mijn Parks Canada Discovery Pas. Anders kost het 12,50 CAD (9,50 EUR)
Hoeveel tijd: Een uur.
Opvallend: Soms denk je dat het Canadees Bureau voor Toerisme het allemaal heeft verzonnen, deze ‘Ontmoeting van twee werelden’ op de noordwestelijke punt van Newfoundland. Dit om toeristen naar een economisch achtergesteld deel van het land te trekken. Voor werelderfgoedreizigers is het nog erger, aangezien L’Anse Aux Meadows in één reisroute moet worden gecombineerd met Mistaken Point, dat volledig aan de andere kant van het eiland op de zuidoostelijke punt ligt. De afstand tussen de twee is 1150 kilometer.
Met nog handig gekozen overnachtingsplekken al langs de snelweg betekende het voor mij gisteren een volle reisdag van 9 uur rijden (plus 2 uur voor koffie-, lunch- en tankstops). De rit was goed te doen (er is heel weinig verkeer), maar vooral op het eerste deel lag er veel water op de weg door de niet aflatende regen van de afgelopen dagen. Dus het kostte wel meer concentratie dan anders.

De regen komt ook met bakken uit de hemel als ik op het parkeerterrein van L’Anse aux Meadows aankom. Hier aan de kust wordt de druilerigheid nog verergerd door mist die er het grootste deel van de dag hangt. En de temperatuur: het is 4 graden! Het is er tegen tienen al flink druk, met zeker zo’n 20 auto’s en campers op het parkeerterrein. Vanaf daar is het een sprint van een paar honderd meter naar de ingang van het bezoekerscentrum.
Ik bekijk eerst de interessante tentoonstelling, met een video en enkele voorwerpen die hier zijn opgegraven. De conclusie dat dit geen inheemse nederzetting was, maar een kamp dat werd bewoond door vroege Europese zeevaarders, wordt toegeschreven aan de vondst van ijzeren voorwerpen en een bepaalde pin die in Scandinavië werd gebruikt om kleding bij elkaar te houden.

Daarna is het tijd me weer naar buiten te wagen. Het is zo’n 10 minuten lopen in de stromende regen over het terrein met de archeologische opgravingen. De contouren van de Noorse constructies lijken vandaag wel op eendenvijvers. Veel is er toch al niet van over: de bewoners staken hun gebouwen in brand toen ze deze plek definitief verlieten.
Om het geheel meer aanschouwelijk te maken heeft Parks Canada enkele turfhuizen en een ijzersmederij nagebouwd.

Vandaag is dat vooral fijn omdat je er binnen kunt schuilen. Gelukkig brandt er een vuurtje in het grootste gereconstrueerde turfhuis, waar drie lokale mannen halfslachtig proberen het Noorse leven na te bootsen van rond het jaar 1021. Zelfs het vuur blijkt nep te zijn – het werkt op propaangas.
