Na het intermezzo in Costa Rica moet ik natuurlijk weer door met mijn “Nationale Parken van Nederland”-actie. Voor het op één na laatste park ga ik naar Lauwersmeer, op de grens van Friesland en Groningen. Om fris en vroeg op pad te kunnen slaap ik vooraf een nachtje in een hotel in Drachten. Nationaal Park Lauwersmeer is ontstaan toen het wad droog kwam te staan na afsluiting van de Lauwerszee in 1969.

De eerste activiteit die ik er ga doen is de “Vogelwandeling”, die start in Kollumerpomp. Op de parkeerplaats tref ik al een aantal vogelaars met enorme cameralenzen. Zij lopen meteen naar een bepaald punt toe, ik volg braaf de witte pijltjes van mijn wandelroute.
De wandeling blijkt een rondje langs het riet te zijn. In minder dan een uur ben ik er mee klaar. Vogels kijken in het riet is een hopeloze zaak, zo heb ik het afgelopen half jaar tijdens mijn rondgang langs de Nederlandse natuurgebieden al wel geleerd. Aan de andere kant van het pad liggen de resten van door de mens op de Lauwerszee gewonnen landbouwgrond. Het zijn rechthoekige vlakken waarin een laagje slib kon bezinken. Na verloop van tijd ontstond zo grasland waar vee op kon grazen.

Vervolgens rijd ik een half uurtje verder naar het noorden. Daar start in Lauwersoog de Observatietorenroute. De toren geeft je uitzicht over het waterrijke gedeelte van het park.

De 6,5 km lange wandeling gaat over de Ballastplaat, met zijn aangelegde bossen. Dit was eigenlijk een experiment om te zien welke bomen het goed zouden doen op een voormalige zeebodem. Er zijn allemaal nette rijtjes aangeplant. Het ligt nu ook vlak naast een vakantiepark, dus het doet nogal kunstmatig aan.

Voor ik aan de lange terugrit begin, probeer ik nog bij een uitkijkpunt zonder riet en met vogels te komen. Ik vind het bij de vogelkijkhut bij het Jaap Deensgat. Al bij aankomst zie ik een enorme zwerm ganzen opstijgen (zie grote foto bovenaan). Het blijken honderden brandganzen te zijn die hier gezellig samen in het gras zitten. Als ze ergens van schrikken vliegen ze samen een rondje, maar al snel zijn ze weer met z’n allen op de grond.

De mooi aangelegde vogelkijkhut, waar ook de aanlooproute is afgeschermd zodat de vogels niet gestoord worden door menselijke voetgangers, biedt vooral zicht op eenden en ganzen. Bij de grauwe ganzen zit een stel pluizige jongen, die net als hun ouders best groot uitgevallen zijn.
