Guayabo

Mijn eerste rit met de huurauto gaat van het vliegveld van San José naar Guayabo. Het is maar 80 kilometer rijden, maar je doet er twee uur over. Omdat het zondag is lukt het me met gemak om het centrum van San José te doorkruisen. Daarna volgt er een slingerweg door allerlei dorpjes – je mag daar maar 40 kilometer per uur, vandaar dat het niet opschiet. Ook zijn er voetgangers, fietsers en een motorclub op de weg aanwezig.

Ik heb een Hyundai Creta gehuurd – voor Costa Rica wordt aangeraden om een vierwielaangedreven auto te nemen, vanwege de onverharde en soms natte wegen. Dit is een “gewone” 2WD maar hij staat hoog op de wielen. 95% van de route van vandaag gaat over een prima asfaltweg, maar op het laatst is het toch nog vijf kilometer lang onverhard. Dan is het toch prettiger om niet bang te hoeven zijn dat de onderkant van je auto over de grond schaaft.

De laatste vijf kilometer van de route is onverhard

De weg naar Guayabo staat goed aangegeven en parkeren doe je gewoon langs de kant van de weg. Er staat al een 30-tal auto’s. Bij een stalletje neem ik eerst een fruitsalade voordat ik het park in ga, het is inmiddels bijna lunchtijd. Guayabo is een deels opgegraven stad die bloeide tussen de jaren 1000 en 1400. Het is de grootste inheemse stad van voor de komst van de koloniale Spanjaarden die is ontdekt in Costa Rica.

Betalen bij de ingang gaat met een creditcard (het kost 5 USD voor buitenlanders). De route naar de opgravingen loopt eerst 1,6 kilometer door een stukje regenwoud. Het is lekker om weer in de tropische natuur te wandelen, het doet me denken aan de weg in het Christoffelpark in Curaçao waar ik een half jaar geleden was. Alleen kom je hier bouw- en kunstwerken tegen van de oude bewoners. Eén daarvan is een aan twee kanten bewerkte steen, met een afbeelding van een hagedis aan de ene kant en een van een jaguar aan de andere kant.

De Hagedis

Op een gegeven moment splitst het pad zich: je kunt naar een uitkijkpunt (de Mirador) of naar de opgravingen. Ik besluit eerst naar de opgravingen te gaan, maar later blijkt dat ik beter eerst het uitkijkpunt had kunnen kiezen. De opgravingen zijn in het dal, eerst afdalen dus en daarna moet je hetzelfde pad weer omhoog klimmen naar het uitkijkpunt.

Ga eerst linksaf als je deze bordjes tegenkomt!

De oude bewoners van Guayabo hadden een heel waternetwerk aangelegd, met open en gesloten aquaducten, en opslagtanks. Sommige van deze waterwegen functioneren nog steeds en leveren schoon bronwater. Ze hebben deze plek waarschijnlijk ook uitgekozen om hun stad te bouwen vanwege de schone waterbron. Op het middenterrein zie je aan de randen dat het water in een soort baden uitmondt.

Waterbron of bad, gevoed door schoon bronwater

Het middenterrein is een grote open plek in het bos. De stad hier zou 2.000 inwoners gehad hebben. Ze leefden in grote gemeenschappelijke houten huizen met rieten daken. Deze stonden op ronde stenen plateaus, en dat is het enige wat je nu daarvan nog kunt zien. De route leidt je langs een aantal van die plateaus. Hij eindigt bij een ander sterk stukje infrastructurele bouwkunst van de oude bewoners: een lange en brede stenen weg die de stad invoert.

Het lijkt of er een wandelroute is die je aan de andere kant van de opgravingen terug laat lopen, maar die is om een of andere reden gesloten. Ik moet terug via hetzelfde pad als ik ben gekomen, want ik moet nog naar het uitkijkpunt.

Het grootste plateau waarop een huis stond

Na weer een stukje klimmen sta ik op het punt vanaf waar je een mooi overzicht hebt over het opgegraven deel van de voormalige stad. Op de voorgrond zie je de verschillende ronde plateaus waarop de huizen stonden. En je ziet hoe de weg keurig recht de stad inloopt. Aan het begin daarvan liggen twee vierkante plateaus, wat misschien wachttorens waren ter verdediging van de stad. De stad wordt verder omsloten door een dicht regenwoud.

Na voor de derde keer weer hetzelfde stuk van de route te hebben gelopen sla ik af naar de uitgang. Stiekem blijken de opgravingen daar heel dichtbij te zijn, er is een route van 400 meter voor mindervaliden die je zo van de ingang naar de ruïnes brengt. Met mijn langere lus heb ik me anderhalf uur op het terrein vermaakt en vooral genoten van het ingenieus aangelegde waternetwerk en de oude weg.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s