#690: Landschap van Trang An

Wat is het?
Het Landschap van Trang An is een gemengd werelderfgoed, dat natuur (een kegelkarstlandschap) en cultuur (grotten bewoond door de prehistorische mens) combineert. Het is een relatief klein gebied met kegelvormige heuvels en karsttorens tot 200 meter hoogte, met daartussen grotten en valleien die niet via wegen te bereiken zijn. Het schilderachtige karstlandschap is autonoom ontstaan door erosie van kalksteen met het zuur van regenwater. De grotten en valleien in het gebied zijn al sinds 30.000 jaar in gebruik door mensen.

Cijfer: 7 (Karstlandschappen zijn rijk in aantal op de Werelderfgoedlijst – 34 stuks op z’n minst. Het is dan ook makkelijk om blasé te doen over dit Vietnamese landschap, dat pas een paar jaar geleden aan de lijst is toegevoegd. Maar het kan de ‘concurrentie’ met de veel bekendere vergelijkbare plekken zoals de Baai van Halong (ook in Vietnam) en Guilin (China) prima aan.).

Toegang: Er is geen entree tot het gebied zelf, dus je kunt gratis zeggen dat je er geweest bent. Maar het best is het landschap vanaf het water te zien. Mijn boottocht kostte 200.000 Vietnamese dong, zo’n 7,5 EUR.

Hoeveel tijd: Ik verbleef 3 nachten in Tam Coc, hét plaatsje in dit gebied. Op de dag van aankomst regende het echter zo hard dat ik de deur niet uit ben geweest. En de derde dag had ik al bestemd voor een ander werelderfgoed in de buurt. Dus ik had één volle dag in Trang An en dat was ook voldoende.

Opvallend: Ik begon mijn dag hier op een gehuurde fiets. Daarmee reed ik in ongeveer een half uur naar de aanlegplaats van de Trang An boottochten. Zowel Tam Coc en Trang An hebben gereguleerde boottochten die erg populair zijn en de beste manier vormen om dit gebied te leren kennen. Bij Trang An kun je kiezen uit 3 routes. Twee van hen passeren de populaire filmset van Kong: Skull Island, maar ik ging voor de andere – Tour # 1 met 3 tempels en 9 grotten. Het is allemaal goed georganiseerd hier: je betaalt bij een centraal ticketkantoor en er is ook een kleine tentoonstelling, een video en zelfs een geldautomaat voor de broodnodige aanvulling van Vietnamese dong.

Trang1

Roeiboten aan het vertrek bij Trang An

Ik werd in een boot gezet met een Duits stel en een mannelijke roeier. Zwemvesten zijn verplicht: ze komen in geel en oranje, wat onderweg voor wat meer kleur zorgde dan het grauwe aangeleverd door het saaie weer. Hoewel ik om 9.15 uur vrij vroeg was, waren er al tientallen boten onderweg. Nergens was het echter te druk, we zagen de anderen eigenlijk alleen op de lange rechte stukken.

Onze eerste grot die we per boot binnenvoeren was de meest spectaculaire: de Toi-grot is meer dan 300 meter lang, donker en met een heel laag plafond bedekt met scherpe punten. We zaten het grootste deel van de tijd voorovergebogen op onze bankjes in de boot, om ons hoofd niet te stoten.

Trang2

Ingang tot een grot

Om de roeiers ook nog wat rust te gunnen tijdens de 2,5 uur durende tocht zijn er 3 stoppunten (3 tempels) in de route opgenomen. Daar kun je van boord en even de benen strekken. Hiervan beviel de Tran-tempel me het beste. Van de waterkant moet je eerst een steile trap omhoog en dan helemaal naar beneden naar de andere kant van de heuvel, waar de tempel ligt. Deze is in zijn geheel uit steen gehouwen en past zo mooi in het grijzige karstlandschap.

Trang4

Tran-tempel

Na de boottocht stapte ik weer op mijn fiets, die ik keurig bij de bewaakte fietsenstalling geparkeerd had. Ik fietste eerst terug naar het plaatsje Tam Coc om te lunchen. Het is een leuke route om te fietsen, met weinig verkeer omdat er een moderne parallelweg is waar de vrachtwagens en bussen over rijden. Langs de kant van de weg hadden zich inmiddels verkopers van geitenvlees opgesteld – te herkennen aan de dode geit op hun koelbox.

Trang5

De lokale delicatesse: geit. Ook te koop langs de weg.

Tam Coc is maar een klein plaatsje maar er komen zoveel toeristen dat het blijkbaar loont om tientallen restaurants te hebben. De meeste zijn niet meer dan een paar tafels en stoelen buiten, in een half-open setting. Ze verkopen allemaal de Vietnamese standaardgerechten als loempia’s en gebakken noedels. Ik ging voor een Vietnamees stokbroodje.

Na de lunch fietste ik naar de Thai Vi-tempel, aan de andere kant van Tam Coc. Dit is ook een leuke streek om te fietsen, over smalle paden tussen de rijstvelden door. Onderweg kom je nog verschillende heiligdommen tegen, één daarvan (Thieng Huong Dong) is spectaculair gebouwd in weer een andere grot.

Trang6

Fietsen tussen de rijstvelden bij Tam Coc

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s