Een laatste hoogtepunt van mijn reis door Namibië is de kolonie Kaapse pelsrobben bij Kaap Kruis, aan de kust iets ten noorden van de stad Swakopmund. De stad zelf is alleen leuk voor bejaarde Duitsers (Kaffee und Kuchen überall). Maar een bezoek aan de robben is, zeker in de Namibische zomer, onvergetelijk. En er gaat zelfs een mooie vlakke weg naar toe! Het is een weg gemaakt van zout – hier aan de kust wordt zout uit het zeewater gewonnen, door het in basins op te laten drogen. Arbeiders verkopen de grotere zoutkristallen langs de weg: ze leggen ze op een stukje karton, met een bakje ernaast om je geld in te gooien.

Let op! Zoutweg – geen wegmarkeringen
Wij racen snel door, hebben niet zo veel tijd vandaag. Als je in de buurt van de kolonie pelsrobben komt, ruik je ze al eerder dan dat je ze ziet. We krijgen een half uur om ze te bekijken, maar veel mensen houden dat door de stank niet eens vol.
Ikzelf ben meteen verkocht en had best langer willen blijven. Op een klein stukje kuststrook liggen ontelbare robben bijna bovenop elkaar. In de maand december kunnen de aantallen oplopen tot 200.000. Het zijn er zo enorm veel omdat er dan veel jongen zijn: alle zwarte beestjes op de foto hieronder zijn jonge dieren, ze veruit overtreffen de volwassenen in aantal.

Een klein deel van de kolonie pelsrobben
Er is een houten vlonder bovenlangs de kolonie aangelegd zodat je langs de beesten kunt lopen. Sommige dieren houden zich daaronder schuil, wellicht op zoek naar een beetje schaduw. Het hele spektakel is niet voor mensen met een zwakke maag: je ziet ook veel dode, vooral jonge robben liggen. Ze worden vaak doodgedrukt door de volwassenen. Ook komen er hyena’s en jakhalzen om hun slag te slaan.

Zeerob met 5 jongen onder haar hoede

De robben doen ook aan surfen