Het Jongmyo-heiligdom is één van de werelderfgoederen in Seoul. Op mijn vorige reis naar Zuid-Korea, in 2001, bezocht ik het al eens. Maar in mijn reisverslag staat niks over die dag, en ik heb alleen twee niet al te interessante foto’s. Omdat ik wel wat tijd over heb hier in Seoul, ga ik er op mijn eerste middag na terugkeer uit Palau gewoon nog een keer heen.

Toegangspoort tot het heiligdom
Het heiligdom is alleen te bezoeken met een gids (behalve op zaterdag, dan mag je vrij rondlopen). Ik vraag me af of dat in 2001 ook al zo was. Vier keer per dag is er een rondleiding in het Engels, en ik koop een kaartje voor de tour van 16 uur. Er komen toch nog zo’n 25-30 mensen op af.
In dit heiligdom worden de zogenaamde ‘gedenkplaten’ voor de koningen en koninginnen van de laatste dynastie van Korea bewaard. Hun lichamen zijn elders begraven. Twee keer per jaar worden deze voorouders hier in de Confucianistische traditie vereerd met een groot ritueel van zang, dans en muziek.

Het pad voor de geesten
De rest van het jaar ligt het complex er vredig bij. De gedenkplaten liggen achter gesloten deuren. Je moet uitkijken waar je loopt: de geesten hebben hier een eigen pad dat rechtstreeks naar het heiligdom loopt, daar mag je als gewone sterveling niet over heen.
De gedenkplaten van de belangrijkste koningen liggen in het grootste gebouw op het terrein: en langwerpig, sober gebouw met 35 kamers aan een immens plein. Ernaast staat een soortgelijk gebouw voor de iets minder belangrijke voorouders. In de vrieskou van begin januari is het allemaal heel kil, maar toch ben ik blij dat ik nog een keer gegaan ben om de uitleg van de gids te horen en wat betere foto’s te maken.

Het gebouw voor de belangrijkste voorouders