Wat is het?
Het Cultuurlandschap Wachau bestrijkt een 37 kilometer lange zone langs de Donau in het noordwesten van Oostenrijk. Vanaf de middeleeuwen heeft de mens deze omgeving geleidelijk door de eeuwen heen naar zijn hand gezet. Er worden abrikozen en druiven verbouwd, en er liggen imposante bouwwerken zoals de Abdij van Melk en de Abdij van Göttweig en vele pittoreske historische stadjes.
Cijfer: 6,5 (Ik moest steeds denken aan die Rijn-reisjes, waar bejaarden op een boot Midden-Duitsland doorvaren en vanaf het dek het ene na het andere middeleeuwse slot of kasteel zien passeren. Dit gebied lijkt er erg op, de Rijn is alleen vervangen door de Donau. Het is er erg toeristisch, en er lopen drukke autowegen die de rust verstoren).
Toegang: De entree tot de Abdij van Melk kostte 12 EUR (inclusief rondleiding). Van het landschap kun je gratis genieten.
Hoeveel tijd: Het is een vrij groot gebied, en in elk dorpje is wel een slot of kasteelruïne te bekijken. Ik ben er een volle zondag geweest.
Opvallend: Een boottochtje over de Donau trok me niet zo, daarom had ik vooraf op internet een paar niet al te lange wandelroutes door het gebied uitgezocht. Ik stalde mijn auto in Schönbühel, een plaatsje al binnen de werelderfgoedzone met een imposant slot dat in privé-gebruik is. Vanaf hier had ik mijn zinnen gezet op een 2 uur durende rondwandeling, deels langs de Donau en voor de andere helft door een rotsgebied.
Net als gisteren bij de Neusiedlersee blijkt dat het fietsen hier erg populair is: via de Donauradweg kun je de hele vallei doorkruisen. Een separaat wandelpad is er helaas niet. Er loopt ook nog eens een drukke autoweg naast, dus echt lekker lopen is het niet. Als ik dan ook nog eens maar weinig routebordjes voor mijn geplande wandeling kan vinden, besluit ik maar gewoon rechtdoor te lopen. Dan kom je na 5 kilometer in de stad Melk. Hier wilde ik later op de dag toch al heen. Nu ben ik er al voor tienen.
Melk is beroemd om zijn grote Abdij. Jaarlijks komen er meer dan een half miljoen toeristen, en ook op deze zondagochtend staat de binnenplaats vol met groepen bezoekers. Ook de Amerikanen en Aziaten weten het klaarblijkelijk goed te vinden. Ik ga mee met een Duitstalige rondleiding. De Abdij is nog steeds in gebruik door Benedictijnse monniken. En er is een school met 900 leerlingen. Het is een enorm complex, de rijkdom uit het verleden straalt er vanaf. Veel boeiends is er binnen niet te zien, met als enige uitzondering deze ingenieuze wenteltrap:
Melk heeft ook een historische binnenstad, het is een beetje kneuterig allemaal. Alleen enkele middeleeuwse muurschilderingen weten mijn aandacht nog even vast te houden. Ik lunch er nog wel (bij een Mexicaans/Grieks/Italiaans restaurant), en maak me dan klaar voor de wandeling terug. Daarover kan ik kort zijn: deze alternatieve route was zo mogelijk nog saaier dan die op de heenweg.