Omdat mijn bus naar Macedonië pas om 4 uur ’s middags vertrekt, heb ik nog bijna een dag ‘over’ in de omgeving van Tirana. Ik besluit naar Durrës te gaan, een havenstad en de tweede stad van het land. Vanaf een grote rotonde in Tirana vertrekken de hele dag door bussen en minibusjes naar deze stad. De rit duurt 40 minuten. Bij het busstation aan de rand van het centrum wordt iedereen uit de bus gezet. Hoewel ik een plattegrond heb in mijn reisgids, is het dan toch weer even zoeken waar het historische deel van de stad ligt. Maar gelukkig staan er, net op tijd voordat ik wanhopig begin te worden, borden die wijzen naar de resten uit de Antieke Oudheid waar de stad bekend om staat.
Het Romeinse amfitheater van Durrës staat op de lijst van mogelijk toekomstig werelderfgoed. De kans dat het er ooit van gaat komen is klein: de lijst staat al vol met de resten van de oude Romeinen, en met veel grotere/belangrijkere amfitheaters dan deze. Maar voor deze regio is het heel wat. Het amfitheater is helemaal ingenesteld tussen de huizen, en het is dus ook nauwelijks te zien vanaf de straat. Gelukkig wijst mijn plattegrond me nu wel waar ik wezen moet.
Het theater werd in de 2e eeuw na Christus gebouwd, en bood plaats aan 15.000 bezoekers. Die kwamen er de typisch Romeinse activiteiten zoals gladiatorengevechten bekijken. Het is ook al het zoveelste amfitheater dat ik zie, maar de ligging zo tussen de huizen is wel apart. Het is ook pas vanaf de jaren 60 uitgegraven. Je mag overal op lopen / klimmen, hoewel de stenen erg verweerd zijn. Het middenterrein is zelfs helemaal begroeid met gras, dat ze net aan het maaien waren toen ik er was.
In de 4e eeuw hield het op met de Romeinse overheersing en de spelen hier. Het gebouw werd in gebruik genomen door de lokale christeljke gemeenschap. Zij lieten nog iets moois na: mozaïeken op de muur in de gangen van het theater.
Toen ik aankwam bij het amfitheater was ik de enige bezoeker, maar al snel arriveerden ook twee klassen met Albanese schoolkinderen. Een leuk uitstapje voor een schoolreisje, maar het was natuurlijk wel gedaan met de rust en de foto’s zonder mensen erop.
Ik liep verder richting de boulevard en het strand. Op die route staan een paar opmerkelijke standbeelden. Twee zijn er van Albanese vrijheidsstrijders – Durrës was in 1912 de eerste hoofdstad van het onafhankelijke Albanië. Aan die gebeurtenis zit ook een Nederlands tintje. De internationale grootmachten geloofden niet dat het zomaar goed zou gaan met dit landje dat zich van Turkije had afgescheiden. Ze wezen daarom een Duitse vorst aan als koning, en stuurden een Nederlandse vredesmacht om de Albanezen te helpen de orde te bewaren. Die troepen stonden onder leiding van Lodewijk Thomson, van wie zowel in Groningen, Den Haag en hier in Durrës een borstbeeld is te zien.
Ook op de boulevard en aan het strand was het druk, vooral met toeristen uit de regio. Ik pakte ook maar even een terrasje voor een koude cola, want de zon brandt hier flink. Tot slot van de excursie van vandaag bezocht ik het archeologisch museum, met een interessante collectie Griekse en Romeinse overblijfselen die in Durrës zelf gevonden zijn.