Wat is het?
Het Nationaal Park Durmitor omvat het Durmitorgebergte en de kloof die is uitgesleten door de rivier Tara. In het Durmitorgebergte ligt de hoogste piek op 2522 meter. Daarnaast zijn er nog 48 andere bergtoppen van boven de 2000 meter in het bergmassief. De Tarakloof is de grootste kloof van Europa en na de Grand Canyon de grootste ter wereld. Het park dat rijk is aan flora en fauna ligt in het noordoosten van Montenegro.
Cijfer: 6,5 (Het is een Alpenachtige omgeving, die ook zo in Duitsland of Oostenrijk zou kunnen liggen. Het park is erg ontwikkeld: er zijn veel bankjes om uit te rusten, borden met informatie over wat je ziet en uiteraard veel wandelpaden. Vooral het uitzicht op de met sneeuw bedekte bergtoppen is prachtig. Daarvoor had ik het park trouwens niet in gehoeven, dat zag ik al in volle glorie vanaf de parkeerplaats van mijn hotel.).
Toegang: Entree wordt geheven aan de toegangsweg tot het Zwarte Meer, het meest populaire deel van het park. Het kost 3 EUR. Via andere toegangspaden kom je zonder te betalen het park in. Ook de bus die ik gisteren nam tussen Sarajevo (Bosnië) en Niksic (Montenegro) reed langs het park. Een prachtroute trouwens, over een smalle bergweg en met zicht op de rivier en diepe kloof van de Piva.
Hoeveel tijd: Een dag heb je wel nodig om naar deze uithoek van het land te komen én een stuk het park in te lopen. Er zijn veel wandel- en mountainbikepaden uitgezet. De meeste zijn in de zware categorie, je kunt ook naar de pieken klimmen of naar een ijsgrot.
Opvallend: Ik koos voor een gemakkelijke wandeling. Zo gemakkelijk dat ze me bij de plaatselijke VVV er zelfs geen kaartje voor mee willen geven. Ik loop eerst naar het Zwarte Meer. Dit gletsjermeer ligt vlakbij de ingang van het park. Normaal kun je er een rondje omheen lopen, maar nu is een deel van het pad ontoegankelijk geworden omdat er teveel water staat. Ik ben nog vroeg, om half 9 sta ik al aan het meer, en kom alleen een enkele lokale bewoner tegen die de hond uitlaat.
Van hieruit loop ik verder naar een volgend meer: Zminje. Volgens de bordjes ligt het 1 uur wandelen verderop, dus dat is goed te doen. Het pad is aangegeven met rood-witte stippen op de bomen, en inderdaad heel gemakkelijk te volgen. Dit stuk loopt grotendeels door het naaldbos dat het onderste deel van dit gebergte bedekt. Naarmate ik dichter bij het eindpunt kom, ligt er steeds meer oude sneeuw op het pad. Op het laatst kun je het niet meer ontwijken, en moet je er wel overheen lopen. Het meer zelf ligt er rustig bij. Ik strijk neer op een bankje aan het water. Al snel valt op hoeveel kikkers er in het water zitten, ze zwemmen wat rond en kijken me aan. Even later komt er een lokale man aan met 2 kinderen. Ze gaan hier vissen, alhoewel hier alleen maar hele kleine visjes zwemmen. In het Zwarte Meer is het veel beter, daar zit forel zegt de man. Ik denk alleen dat het vast teveel zou opvallen als hij daar gaat vissen (ik neem aan dat het verboden is, hoewel er geen bordjes staan).
Via een andere weg loop ik dan terug naar Zabljak, waar mijn hotel is. Het is een verharde weg waar ook een enkele auto passeert. Je loopt hier langs de boerderijen, met wat koeien en vooral heel veel schapen. Ik sla af bij het dorp Pitomine, waar ik weer een heuvel over moet. Vanaf de top heb je goed overzicht over Zabljak, en ik kan zelfs mijn hotel zien liggen. Op zicht loop ik de laatste kilometer. Vierenhalf uur na vertrek ben ik weer “thuis”.