Wat is het?
Graz is een historisch gegroeide stad op het kruispunt tussen Centraal Europa, Italië en de Balkan. Sinds de middeleeuwen hebben verschillende architectuurstijlen hun sporen in de stad nagelaten: o.a. barok, renaissance, gotiek, rococo en classicisme. Graz is tegenwoordig de tweede stad van Oostenrijk en een universiteitsstad. Met de uitbreiding tot het Slot Eggenberg, een 17e eeuws kasteel van een lokale hertog, is ook het aristocratische deel van de stadsgeschiedenis vertegenwoordigd binnen de werelderfgoedzone.
Cijfer: 6 (Van veel wat er te zien is denk je dat je het ook elders in Oostenrijk al wel eens bent tegengekomen. Het is niet zo’n chique stad als Wenen – ondanks dat er ook wel een paar erg dure winkels in de binnenstad zijn.)
Toegang: Door de stad lopen is natuurlijk gratis. Verder betaalde ik 2 EUR voor entree tot de tuinen van Slot Eggenberg, 1 EUR voor de lift omhoog naar de Schlossberg en 4 EUR voor het mausoleum van keizer Ferdinand II.
Hoeveel tijd: Ik heb er rondgelopen van ca. 9 – 14 uur. In de zomer is er meer open, dan kun je je wel langer vermaken. Het Slot Eggenberg ligt een kwartiertje met de tram buiten het centrum.
Opvallend: Tegen het eind van de tweede route uit de folder met bezienswaardigheden stuitte ik plotseling op hét hoogtepunt van Graz. Mijn benen waren al moe, en ik wilde terug naar het hotel. Met mijn laatste krachten liep ik nog langs de Dom (gesloten) en het Mausoleum van de Habsburgse keizer Ferdinand II. Aan de buitenkant is dit mausoleum al opvallend: een streng klassiek gebouwtje dat ook zo in Rome had kunnen staan. De ingang is aan de achterkant, als je het niet weet loop je er zo voorbij. Achter de zware houten deuren liggen een kerk en een crypte – beiden overladen met gekleurd marmer, gouden figuren en plafondschilderingen.