Laos is één van de armste landen ter wereld: het staat o.a. onder Congo, Irak en Jemen voor wat betreft BNP per inwoner. Een derde van de bevolking leeft onder de armoedegrens, de overgrote meerderheid leeft van zelfvoorzienende landbouw. Het Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken geeft ook nog steeds een onheilspellend reisadvies over Laos: “Waakzaamheid betrachten: Reizigers worden ontraden om na zonsondergang over de weg te reizen. Ook wordt het ontraden om per speedboot over de Mekong te reizen. De plaatselijke medische infrastructuur is zeer gebrekkig. Ingeval van een zwaar ongeval of een medische complicatie wordt evacuatie naar Thailand geadviseerd”.
Ik vond het een lieflijk land, dat in schril contrast staat met zijn meer voortvarende buren Thailand en Vietnam. Soms is het net Afrika, een beetje loom, heel rustig. Slapende winkeliers, slapende monniken en heel veel slapende honden.
Laotianen met beroepen in het toerisme spreken over het algemeen moeilijk verstaanbaar Engels. De rest van de bevolking spreekt het helemaal niet. Het land staat nog niet lang open voor toeristen, en het onderwijs is slecht. Dit alles maakt dat Laos een wat avontuurlijker en meer ongerepte bestemming is, waar het prettig verblijven is. Echt grote bezienswaardigheden zijn er niet.
Vervoer
Laos heeft lang een heel dramatische infrastructuur gehad. Het is nu wel wat beter, de doorgaande wegen zijn goed geasfalteerd. Maar er zijn nog steeds maar weinig wegen, en met een flinke regenbui kun je zomaar ergens vast komen te zitten. Veel lokaal vervoer gaat ook over het water. Rondreizen door Laos is niet te gemakkelijk en vraagt vooral veel tijd en geduld.

Verblijf
Paksé: uitgestrekte stad langs de Mekong, 70.000 inwoners. Helemaal niets te beleven, heel stil, je kunt makkelijk midden op straat gaan lopen (mooi contrast met Vietnam). Er zijn wel een paar goede restaurants en koffietenten. Het is het transportknooppunt voor Zuid-Laos, ik kwam er met het vliegtuig uit Vietnam (Ho Chi Minh City).
Hotel Paksé – Groot hotel in het centrum. Er komen ook veel groepen. Kamer voor 27 EUR(superior room met raam). Lekker hard bed, gratis internet, nette badkamer met ligbad, ontbijtbuffet met van alles (o.a. mijn favorieten: yoghurt & french toast/wentelteefjes). Op het dak ligt het restaurant Panorama, waar je leuk kunt zitten, uitzicht hebt over heel Paksé (daar is niks aan te zien), maar waar het eten heel Europees en flauw is.

Kiet Ngong is een verzameling dorpjes met in totaal 1000 inwoners. Mensen heb ik het dan over, er wonen ook ontelbare honden, kippen, varkens, koeien, buffels. En olifanten – dat is waar het dorp bekend om is. Het ligt ongeveer 60 kilometer ten zuidoosten van Paksé, langs een onverharde weg.
Kingfisher Ecolodge – Afrikaans aandoende lodge zo’n 700 meter buiten het dorp. Alle 6 huisjes zijn vrijstaand en hebben uitzicht op weilanden. Je verwacht zo giraffen voorbij te zien komen, maar veel dieren zijn er niet, ook geen vogels. Wel komen er (tamme) olifanten grazen. De huisjes (54 EUR) staan op palen en zijn voorzien van eigen douche en wc, groot bed met goed muskietennet. En een heerlijke eigen veranda met zitje en zowaar een fijne hangmat. Het bijbehorende restaurant is ook prima (lekkere belegde baguettes voor de lunch) en je zit er leuk.

Vientiane: hoofdstad van Laos, wel echt een grote stad met 700.000 inwoners. Te groot om alles te lopen. Ook behoorlijk veel verkeer (auto’s). Niet veel te zien, behalve wat nieuwere Boeddhistische tempels. Als je het overslaat heb je ook niks gemist. Veel muggen ’s avonds.
Beau Rivage Mekong – Modern ingericht, relatief klein hotel aan de Mekong. Althans, aan de in aanbouw zijnde boulevard langs de Mekong (nu nog een zandpad). ’s Avonds vrij donker om terug te lopen, uitkijken voor gaten & afstapjes. Ontbijt is in het westerse restaurant ernaast van dezelfde (Australische) eigenaren. Je mag 2 dingen kiezen van de kaart, plus koffie & echt vers sinaasappelsap. Kamer heeft een ligbad, én een heel fijn bed met leeslampjes en tafeltjes op precies de juiste plaats. Prijs: 45 EUR.

Phonsavan: meer een verzameling kruispunten dan een echte stad. De plaats is ook pas gesticht in de jaren ’70, nadat de oude provinciehoofdstad was platgebombardeerd. De hotels, guesthouses, reisbureautjes en toeristenrestaurants liggen wel allemaal vlakbij elkaar. Erachter ligt de markt, waar ze o.a. levende ratten in kooien verkopen.
Anoulack Khen Lao Hotel – 3 sterren hotel in het centrum, met een nette standaardkamer. Ontbijt is inclusief en OK met baguette, ei, jam & koffie. Personeel spreekt niet of nauwelijks Engels. Koopje voor 18 EUR. Geen internet op de kamer, wel wifi in het restaurant en in de lobby. Beetje saai hotel verder, groot maar weinig gasten.

Luang Prabang: sfeervolle stad in het noorden van Laos. Ik ben er wat langer gebleven dan gepland, omdat de eerste 2 dagen verloren waren gegaan door onophoudelijke regen. Het is een comfortabele plek met veel restaurants en café’s, maar echt veel is er niet te zien.
Satri House – Duur hotel (120 EUR!), uitgekozen voor zijn zwembad & vanwege mijn verjaardag. Het beste hier is de nachtrust: heerlijk bed waar je helemaal in wegzakt, plus luiken voor de ramen waardoor het helemaal donker blijft. Mooi terrein ook, met overal zitjes, vijvers, een bibliotheek. Ontbijt is ook erg goed. Het ligt 10 minuten lopen van het oude centrum, maar dat is geen punt (en daardoor is het ook ruimer en rustiger).
Minpunten: geen ligbad (had ik hier toch wel verwacht), instabiel internet, te duur (alles in Luang Prabang is trouwens te duur).

Na 3 nachten ben ik verkast naar de Lotus Villa – Dit ligt in het “oude” centrum van Luang Prabang, met de houten huizen en tempels. Het houdt het midden tussen een pension en een hotel. Het is vrij klein, met een leuke binnenplaats/tuin en veranda’s met zitjes voor de kamers. Ontbijt is ook in de tuin, en kun je kiezen van een kaart. Voor 2 personen is de kamer wat aan de kleine kant, en er is een half-open douche in de kamer. Met 44 EUR is ook dit wel wat aan de prijs voor wat je ervoor krijgt.

Pakbeng is een plaatsje in het noordwesten van Laos, aan de Mekong halverwege tussen Luang Prabang en de Thaise grens. Het is de gebruikelijke overnachtingsplaats voor alle boten hier. Ik ben er maar 1 nacht geweest, alleen in het hotel
De Luang Say Lodge ligt iets verder stroomopwaarts langs de Mekong. Het heeft een eigen aanlegsteiger (nou ja, een strandje en een grote steen om de boot aan vast te binden). De lodge wordt vooral gebruikt voor passagiers van de Luang Say Cruise. Het is een complex van huisjes van donker hout, plus een restaurant. Je bent er eigenlijk te kort om er van te genieten: we arriveerden om 6 uur ’s avonds, en gingen de volgende ochtend om 7 uur weer verder met de boottocht. Ik had huisje nummer 10: redelijk comfortabel, met een goede warme douche en een bed met muskietennet. Er zitten hier ’s avonds veel insecten dus dat is geen overbodige luxe. Het eten in de lodge is goed, misschien wel te uitgebreid (een 3 gangen menu, inclusief 5 of 6 hoofdgerechten). Het ontbijt is ook OK, maar helaas zonder baguettes….

Eten & drinken
Sticky rice (kleefrijst) en Lao Beer, daarmee heb je de belangrijkste ingrediënten voor een Laotiaanse maaltijd wel gehad. Het eten lijkt op dat in Thailand – scherp tot zeer scherp. Er zijn wel wat lokale specialiteiten, maar gezien de armoede eten de Laotianen alles wat maar voorhanden is – van vis tot insecten. En vooral heel veel kleefrijst, geserveerd in rieten mandjes. Of je nu eet in goedkope of dure restaurants maakt niet zoveel uit, de kwaliteit is erg wisselend. Ik heb er best goed gegeten maar de Laotiaanse keuken is zeker geen hoogvlieger.

Kosten
Voor 10.000 kip (0,90 EUR) krijg je een tuktuk-ritje binnen de stad, een belegde baguette, een noedelsoep met kip of een grote fles BeerLao. Grappig is dat overal de prijzen hetzelfde zijn, altijd 5.000 kip voor een blikje cola, altijd een noedelsoep voor 10.000 kip. Nooit zijn de standaarddingen bij de buren duurder of goedkoper.
De hotels in de wat meer toeristische plaatsen zijn flink aan de prijs, en tegen minder comfort dan in Vietnam. Ook heb ik een paar dure tours gedaan, zodat de gemiddelde kosten per dag vrij hoog zijn uitgevallen.
Gemiddeld dagbudget Laos: 99 EUR