Eén van de leukste aspecten van een lange reis als deze is dat je de tijd hebt om nieuwe dingen uit te proberen. In Ha Long Bay (Vietnam) had ik voor het eerst in mijn leven een half uurtje gekayakt – en dat beviel erg goed. Je zit heel laag op het water, je kijkt als het ware van de onderkant tegen de omliggende heuvels aan. Het is ook heel stil, en het peddelen gaat vrij gemakkelijk. In de buurt van Luang Prabang (Laos) zijn de rivieren ook erg geschikt om te kayakken en je kunt uiteraard allerlei tours doen. Ik kies voor een dagtour over de Nam Ou rivier.
We zijn met een groepje van 5 – een Engels stel, een Schotse jongen, een Cambodjaanse jongen en ik – plus 2 begeleiders. In een truck worden wij, plus de kayaks en alle bijbehorende spullen, eerst 1,5 uur noordwaarts vervoerd. Het landschap hier in Noord-Laos is adembenemend: bergachtig, groen, doorkruist door vele rivieren. Strakblauwe lucht erbij, prachtig.
Ik heb de tour geboekt bij Green Discovery, een organisatie die als beste avontuurlijke touroperator in Laos te boek staat. De uitrusting is dan ook goed verzorgd: we krijgen een helm op en een reddingsvest om. In de kayak liggen flessen water klaar, en je kunt je spullen opbergen in een waterdichte zak. Dat waterdicht zijn is wel een heel belangrijk aspect: je wordt namelijk zeker nat bij het kayakken. Hoe nat is afwachten: tijdens het inleidende praatje vertelt de gids dat je 50% kans hebt om hier om te slaan in de rivier. Gelukkig vertelt-ie er ook bij wat je dan moet doen: proberen weer in de kayak te klimmen (lijkt me vrij lastig), je laten drijven op je reddingsvest, of naar de kant zwemmen. Mmh…. ik weet niet of ik dat wil uitproberen. Mijn kansen op in de boot blijven stijgen gelukkig doordat ik met één van de gidsen in een 2-persoons kayak word ingedeeld. Ik neem aan dat hij wel weet hoe je overeind moet blijven.
Het is de droge tijd in Laos op het moment, van maart tot en met mei. Dat maakt dat het water in de rivieren niet erg hoog staat. Ook de stroming is minder. Op het eerste gezicht vanuit de kayak ligt de Nam Ou er dan ook strak bij. Je kunt hier rustig midden op de rivier peddelen, er komen nauwelijks andere vaartuigen voorbij. We zien alleen twee keer een slow boat (primitieve passagiersboot, met motor).
Na een half uurtje of zo komen de eerste stroomversnellingen. Je hoort ze ruizen. Hoe beweeglijk ze ook zijn, de instructie is om gewoon door te peddelen. Je vaart dwars door de golven heen, de boot beweegt op en neer. Echt veel grip heb je dan niet meer. Ik zit voorin en wordt goed nat. De zon schijnt gelukkig zo hard dat je ook zo weer droog bent.
In dit gedeelte van de rivier zitten een vijftal stroomversnellingen achter elkaar. Het is elke keer weer spannend hoe je er door komt. Tegelijkertijd is het ook wel het leukste deel van de tocht. Het lukt ons om in de boot te blijven. Alleen het Engelse stel in mijn groepje slaat een keer om. Ze klauteren zelf weer in de kayak, maar zijn de peddels kwijt geraakt. Die komen onze kant op drijven, dus we brengen ze maar naar hen terug.
Na twee uur varen zoeken we een strandje op en gaan aan land. De gidsen hebben een lunch meegebracht, onderweg zijn we met de truck nog even gestopt om twee verse gegrilde vissen in te slaan. Een kayak op zijn kop doet dienst als tafel, verse bladeren erop als tafelkleed en daarbovenop Laotiaanse lekkernijen. En veel, heel veel kleefrijst natuurlijk.
We zitten niet ver van een dorpje, en de restanten van ons eten gaan mee met twee vrouwen die een kijkje komen nemen. Het is zondag vandaag, en de dorpelingen en hun kinderen zijn naast de rivier druk aan het graven. Ze zijn op zoek naar goud, en spoelen het zand en gesteente uit in de rivier. Twee heel kleine puntjes goud zien we bij een van de vrouwen in de zeef. Het lijkt me onwaarschijnlijk dat ze hier erg veel vinden, maar het gebied is erg arm en alle vondsten zijn meegenomen.
Na de lunch kayakken we nog twee uur verder naar het eindpunt van de tocht. Dit is een rustig deel van de rivier. Er staat veel (tegen)wind vandaag, dus het is flink zwaar soms. Ik ben blij dat ik niet alleen in de boot zit, nu kan ik zo af en toe even uitrusten en de gids het zware werk laten doen. De stroming is hier wat sneller, dus een heel deel kunnen we ons langzaam vooruit laten dobberen. We vermaken ons nog een beetje met het nat spetteren van onze Cambodjaanse reisgenoot die in een 1-persoonskayak zit.
Aan wal staat de truck ons dan weer op te wachten om terug te gaan naar Luang Prabang. Het was een heerlijk ontspannen dag, lekker in de stille natuur. Als souvenirs constateer ik ’s avonds twee bovenarmen met zeurende spierpijn & twee verbrande wreven.